Wanneer je opgroeit, leer je van alles van je ouders. Omdat zij ook dingen van hun ouders hebben geleerd, of omdat zij dat vinden.
Als kind ben je niet in staat om wat je leert te toetsen. Is dat inderdaad waar, denk jij er hetzelfde over, zou het ook anders kunnen zitten? Het is normaal dat je als kind niet twijfelt aan de woorden van je ouders.
Maar inmiddels ben je zelf volwassen. De wereld is veranderd, wat je van hen geleerd hebt klopt niet altijd meer. Het is heel moeilijk om dingen die je met de paplepel zijn ingegoten, anders te gaan zien. Maar het is wel heel belangrijk dat af en toe bij dingen stilstaat.
Wees niet bang om zelf na te denken, om kritisch te zijn en om zelf te ontdekken wat jij nou eigenlijk vindt. Want jij bent niet hetzelfde als je ouders, en de wereld is niet hetzelfde als die was wanneer zij opgroeiden.
Door na te denken over wat je vindt en niet klakkeloos een mening over te nemen, groei je als persoon en leer je meer over jezelf en over de wereld. Het betekent niet dat je ouders ongelijk hadden, of je leugens hebben verteld. Want op dat moment klopte het waarschijnlijk allemaal. In elk geval in hun perceptie.
Daarover gaat dit gedicht:
De waarheid van je ouders,
geldt tegenwoordig vaak niet meer.
Het leven rust nu op je schouders,
vraag je af, ontdek en leer.