Het was vaste prik op 24 december, de broodjes rollade werden op tafel gezet en de televisie ging aan om te kijken hoe Robert ten Brink nietsvermoedende mensen verraste voor kerstmis. Mijn moeder was gék op kerst, en ze maakte er dan ook altijd een feestje van. Als Robert ten Brink de legendarische woorden sprak, ‘Want niemand mag met kerst alleen zijn’ en de tune werd ingezet, wist je dat het kerst was.
Zo mooi als ik die woorden ooit vond, zo verschrikkelijk vind ik ze nu. Want de feestdagen zijn een vergrootglas. Voor wie z’n geliefden nog heeft, zijn het fantastische dagen vol warmte en mooie herinneringen in de maak. Maar voor wie die ene persoon, of misschien wel meer personen moet missen tijdens de feestdagen, is het een verschrikkelijke periode die benadrukt wie of wat er wordt gemist. In dat licht zijn de woorden ‘Want niemand mag alleen zijn met kerstmis’ die ik ooit zo mooi vond, inmiddels verworden tot zout in de wonden. Niet in mijn wonden, want ook al heb ik mijn moeder tien jaar geleden verloren, ik heb nog heel veel mensen om me heen waarmee ik een fijne kerst kan vieren.
Was het maar 1 januari
Maar wanneer ik die woorden hoor, moet ik altijd aan mijn vader denken, die weliswaar altijd bij één van ons verblijft tijdens de kerst, maar uiteindelijk onvermijdelijk weer terug moet naar een leeg en donker huis. Hetzelfde geldt voor mijn schoonmoeder. Toch hebben zij het in zekere zin nog niet zo slecht, want zij hebben nog familie, zij hebben nog mensen om op te leunen en te steunen en om mee te genieten en dat is fijn. Helaas zijn er ook heel erg veel mensen die het niet zo getroffen hebben. Mensen die met lood in de schoenen de komende dagen tegemoet treden en niet kunnen wachten tot de kalender 1 januari aantikt. Aan die mensen moet ik deze dagen veel denken. Mensen die lang geleden iemand hebben verloren, mensen die onlangs iemand hebben verloren, de duizenden mensen die direct of indirect hard geraakt zijn door de vliegramp eerder dit jaar. We hebben allemaal meegeleefd, maar wij gaan inmiddels gewoon weer verder met ons leven en vieren een onbezorgde kerst. Zij niet.
Durf te geven
Als we de bedrijven mogen geloven, lijkt dit jaar te draaien om geven, kerstpakketten, geld, bijzondere acties, noem maar op. Dat is fijn, maar geven hoeft niet altijd iets te kosten. Denk daarom dit jaar ook eens aan iemand die het moeilijk heeft tijdens de feestdagen, ga verder dan een kaartje met een betekenisloze krabbel eronder, maar klim in de telefoon of ga langs. Gewoon om iemand even een hart onder de riem te steken, een lichtpuntje te vormen in donkere dagen. Dat is niet makkelijk en het is behoorlijk confronterend, maar het is het beste cadeau dat je iemand kunt geven, de wetenschap dat je aan hem / haar denkt.
‘Niemand mag met kerst alleen zijn’, zegt Robert ten Brink. Het wordt tijd dat we dat eens een keertje waarmaken.