Je ontkomt er soms niet aan om advies te krijgen van mensen. Heel vaak is het goedbedoeld, maar zit je er gewoon niet op te wachten. Dat kan heel irritant zijn, maar dan moet je jezelf maar voorhouden dat die mensen het fijn vinden om iets van hun ‘wijsheid’ aan je mee te geven, of het nou helpt of niet.
Maar hoe vaak iemand ook zegt ‘ik zou…’, daar heb je uiteindelijk niet veel aan. Want zij hoeven niet, jij bent degene die het moet opknappen. En de kans is groot dat jij zelf heel goed weet hoe je dat moet aanpakken.
Als je terugkijkt op je leven, zijn er waarschijnlijk best wat momenten waarvan je nu denkt: nou, dat had ik eigenlijk best anders kunnen aanpakken. Maar de kans is groot dat je het op dezelfde manier had gedaan, zelfs al had je advies van je oudere zelf kunnen krijgen. Want de kans is groot dat je er al over had nagedacht, en je hebt gehandeld op de manier die jou het beste leek.
Bovendien, je moet soms een keer de verkeerde keus nemen om te leren hoe vindingrijk en flexibel je bent. Als alles alleen maar soepel gaat, ontdek je nooit hoeveel je aankunt. Uitdagingen maken het leven interessanter en maken jou als persoon ook boeiender.
Dus sla dat advies lekker in de wind, en kies voor de optie die voor jou op dat moment het beste voelt. En hoop dat niemand achteraf met een dooddoener als ‘ik zei het toch’ komt, want daar zit je dan echt niet op te wachten.
Daarover gaat dit gedicht:
Als ik mijn jonge ik mocht adviseren,
dan was de tip die ik zou geven,
om mijn adviezen te negeren,
en op eigen kracht te leven.