Vroeger was alles beter, het wordt zo vaak gezegd. Dat is niet per definitie waar, maar als je dat maar vaak genoeg zegt, ga je het vanzelf geloven. Zo werkt je brein nu eenmaal.
Het is ook vaak zo dat als je gelukkige herinneringen hebt aan een bepaalde periode, dat je daarop gaat focussen en de slechtere onderdelen van de herinnering wegdrukt of vergeet. Misschien ben je als kind een keer gevallen en kreeg je toen een ijsje als troost, dan is de kans groot dat je je vooral herinnert dat je een keer een ijsje kreeg.
Op die manier kun je bepaalde periodes romantiseren en in je hoofd zo polijsten dat het lijkt alsof er in die tijd nooit iets naars gebeurde. Daar kan het heden of de toekomst natuurlijk nooit de strijd mee aangaan. Want die ervaar je nog gewoon zoals ze zijn.
Daarover gaat dit gedicht:
Als je achterom blijft kijken,
uit angst, of nostalgie misschien,
en altijd maar blijft vergelijken,
dan zul je nooit een toekomst zien.